Vorige |
|
Intermezzo: van Atlin naar Sitka
zondag 6 juli en maandag 7 juli 2003
In twee dagen reizen we vanuit Atlin in British Columbia (Canada) naar
Sitka (Alaska). De reis voert eerst naar Skagway (Alaska).
Skagway is een van de plaatstjes die stammen uit de beroemde Klondike Goldrush uit 1896-1899, de laatste grote Goldrush. In een jaar trokken ruim 30.000 op goud beluste mensen naar Klondike en Dawson City in Yukon, op zoek naar goud. Veelal Amerikanen, en vaak niet de armsten, want het koste nog best wat geld. Maar vooral veel, veel lichamelijke inspanningen. De Canadese Mounties besefte dat het op een ramp uit zou kunnen draaien als mensen onvoorbeid naar the Yukon zouden komen, waar er lange winters zijn met een gemiddelde temperatuur van 30 graden onder nul. Elke goudzoeker was daarom verplicht een "ton of goods" mee te nemen. De mensen kwamen per boot naar Skagway en moesten dan de bergen over. Dat betekende vaak 30 tot 40 keer omhoog, met houten kisten en zakken meel. Wij reden gelukkig in een luxe (zij het niet al te ruime) Van met airconditioning... In Skagway hadden we een paar uur vrij af om het (beschermde) historische "stads"hart te bezoeken, terwijl Sonia inkopen deed. Daarna stapte we op de boot van Alaska Marine Highway System richting Sitka. Dit was gelukkig een boot met hutten, zodat we 's nachts heerlijk hebben kunnen slapen. |
Een laatste blik op Atlin Lake, schitterend gelegen in de vroege ochtend.
Linksonder: vertrek in de vroege ochtend (we reden om 7.50u weg). De bagage moet in de Van. Daarna volgt het ontbijt in het (enige) restaurant in Atlin. Linksonder: wij zijn de menukaart aandachtig aan het bestuderen (met dank aan Anthonie voor de foto).
Onder: fotostop bij een parkeerplaats met zicht op een meer met een
eiland. Prima uitzicht, maar, zoals Sonia zij, daarbeneden ligt wel Bug-Country,
met plenty steekbeesten.
Beneden: Angelique bij een van de watervallen die we onderweg tegen
kwamen.
Rechtsboven: een wilde roos. Rechtsonder: Dead Horse Value, waar op het hoogtepunt van de goldrush binnen een maand 3.000 paarden omkwamen. |
Skagway. Skagway is een druk, toeristisch plaatsje
dat veel wordt aangedaan door cruiseboten van onder andere de Holland Amerika
Lijn. Op de achterrond een Gletsjer.
Linksonder: historische gebouwen in Skagway. Midden- en rechtsonder:
een oude sneeuwruimer die gebruikt werd op de in 1901 aangelegde spoorlijn
naar Whitehorse.
En dan gaan we op de boot. Een laatste blik richting Skagway - met op
de voorgrond Angelique en Sonia, onze gids. Op de achtergrond zijn de grote
cruiseschepen te zien, waarvan vele met een Nederlandse vlag!
Het deel van Alaska waar wij door heen voeren - de zogenoemde "panhandle" (pannesteel, op de kaart lijkt Alaska wel een beetje op een steelpan, waarbij dit deel de steel vormt) - lijkt op Noorwegen met zijn Fjorden en Gletsjers. Maar niet alleen het landschap is schitterend, er zijn vaak ook dieren zoals walvissen te zien.
Boven: Angelique speurt met een verrekijker of er op de (verder onbewoonde) kust iets te zien is. |
Onder: dat moet eenzaam zijn, hier vuurtorenwachter te zijn.
|
En dan zien we onze eerste walvissen!
Er is nog meer leven in het water en op het land. Links- en middenonder: hier sprong een zalm omhoog. Rechtsonder: twee maal een Bald Eagle (Amerikaanse Zee Arend) van erg ver weg.
Het deel van het traject gaat door een nauwe zeestraat, de Perril Street. Perril van gevaar. De veerboot kan hier alleen door met hoogtij. Links is te zien hoe nauw het wordt. Rechts de veerboot terminal van Sitka.
Na aankomst hebben we gelijk het Raptor Centrum opgezocht. Op zich riep dit zeer gemengde gevoelens. In het Raptor Centrum worden gewonden roofvogels uit heel Alaska (en andere soorten gewonde vogels uit Sitka zelf) opgevangen en verzorgd. Indien mogelijk worden de vogels na herstel weer in de vrije natuur uitgezet. Het gaat om op zich niet (meer) bedreigde vogelsoorten, terwijl het om een beperkt aantal vogels gaat (minder dan 200 per jaar, minder dan 100 roofvogels) waar een gigantisch budget voor wordt aangewend. Er zou ook aan onderzoek worden gedaan, maar dat leek erg beperkt, en aan voorlichting. De vraag was voor ons wat de zin was van het terugbrengen in de natuur van verzwakte vogels, als de soort toch niet bedreigd is, en of al dat geld niet beter besteed kon worden.
Het raptor centrum bood in ieder geval wel de mogelijkheid de dieren
van dichtbij te bekijken. Onderstaande vogels zijn meestal zo zeer gehandicapt
dat zij niet meer terug kunnen keren in de vrije natuur. Allereerst enkele
foto's van de Bald Eagle (Amerikaanse zeearend).
Linksonder: de markante kop krijgen de vogels pas als ze een jaar of
vijf oud zijn. Op onderstaande foto's is duidelijk te zien dat de vogels
in gevangschap leven. We hebben ze later uiteraard ook nog in
het wild gezien.
Een opgevangen uil. |
Onder: deze vogel is blind en zal nooit kunnen terugkeren in de natuur. |
Ten slotte nog een opgevangen valk.
Na het bezoek aan het Raptor centrum hebben we uitgebreid gegeten. Erg lekkere zalm. Eigenlijk zijn we te lang blijven zitten. Het gevolg was dat het half twaalf en zo goed als donker was toen we naar het park gingen waar in 1804 de Russen (die Alaska in 1867 aan de Amerikanen verkochten) de indianen versloegen en waar een groot aantal totempalen stond opgesteld. Gelukkig hebben we het later nog met licht de totempalen kunnen bekijken.
Vorige |
|